5.3 - V - De Vidame

Gast

Citaat :: V - Vidame

De definitie:

1.1 De Vidame is de militaire gouverneur van een religieuze provincie.

1.2 De Vidame is een militair van de Kerk die de Bisschoppelijke Garde in zijn provincie vertegenwoordigt en leidt. Hij moet nobel handelen en een positief beeld van de Aristotelische Kerk en de Bisschoppelijke Garde naar voren brengen .

Over de Benoeming:

2.1 Elke trouwe Aristotelaar kan Vidame worden als hij niet onderhevig aan een verbod is en als hij een woonplaats bezit in de Provincie waarin hij zich als Aspirant-Vidame voordoet.

2.2 De sollicitant zal een onderhoud bij de Prefect moeten voorbijgaan die een dossier zal opstellen dat hij aan de Kardinaal-Kapitein van Rome zal voorleggen, alsmede aan de Aartsbisschop van de betrokken provincie.

2.3 De Inquisitie zal naar de sollicitant of Aspirant-Vidame een onderzoek in moeten stellen en zal zich in geval van nalatigheid aan de ethiek en naleving van het Dogma tegen de benoeming kunnen verzetten.

2.4 De selectie van Vidame van een provincie zal door middel van een stemming met de Kardinaal-Kapitein van Rome, de Prefect-Vidame en Aartsbisschop van de gevraagde provincie gebeuren. De stemming moet unaniem zijn om gevalideerd te worden en de post van Aspirant-Vidame toe te staan.

2.5 Het statuut van Aspirant-Vidame zal aan dezelfde unanieme stemming van de Kardinaal-Kapitein van Rome, de Prefect-Vidame en Aartsbisschop voorgelegd worden.

2.6 De duurtijd van Aspirant-Vidame zal minimum 3 maanden bedragen.

2.7 Alleen de Kardinaal-Kapitein van Rome kan een Vidame benoemen, na een tweede stemming en de proefperiode als Aspirant-Vidame.

2.8 De definitieve validatie van de post van Vidame kan het onderwerp van een stemming in de Hoge Raad van de Heilige Legers en de Kardinaal-Kapitein van Rome zijn. Een keer de gevalideerde benoeming gebeurd is, zal de Congregatie belast met de Heilige Legers over een officiële handeling van adelijkheid met de Aristotelische heraut overleggen die binnen de herauderie geregistreerd is op het moment dat de Vidame zijn eed van onderworpenheid aan zijn Bisschop zal uitspreken.

2.9 Eens patente van adel opgesteld, zal Aartsbisschop overgaan tot de plechtigheid die voor God de verplichtingen van Vidame valideert en waarin hij zijn eed van verplichting jegens de Kerk zal uitspreken.

Over de herroeping:

3.1 Op verzoek van de Prefect-Vidame of betrokken Aartsbisschop, zal een stemming geopend kunnen worden teneinde de Vidame of Aspirant-Vidame te ontzetten.

3.2 De Kardinaal-Kapitein van Rome heeft de macht om een Vidame of Aspirant-Vidame zonder overeenkomst van de andere partijen te herroepen.

3.3 Volgens de begane fout die zal geleid hebben tot de herroeping, zal de Vidame of de Aspirant-Vidame een sanctie kunnen krijgen die door de Raad van Vidames wordt bepaald.

3.4 In geval van ernstige nalatigheid, zal het aan de Inquisitie zijn om zich met het dossier bezig te houden.

Over de Functie van Vidame:

4.1 De Vidame heeft als hoofdfunctie om de kerken van de Provincie veilig te stellen en om de clerus die zich daar bevind en de gelovigen te beschermen.

4.2 De Vidame heeft als functie om trouwelingen te rekruteren die gedoopt de Bisschoppelijke Garde van hun Provincie zullen ingaan. Hij zal een nauwkeurig register van zijn personeelsbestand moeten bijwerken dat hij aan zijn Metropolitaanse Aartsbisschop zal overhandigen.

4.3 Als militaire gouverneur heeft de Vidame het recht om het personeelsbestand van de Militair-Religieuze Orden en de Aristotelische Orden op de gronden van zijn provincie te kennen, teneinde in elke omstandigheid een dreiging of een dringend verzoek van de Staf van de Heilige Legers te kunnen beantwoorden.

4.4 Als militaire gouverneur, is de Vidame verantwoordelijk voor de verschillende escortes in zijn provincie, als zij in verband staan met de Romeinse Pauselijke Garde, een Militair-Religieuze Orde of de Bisschoppelijke Garde. De Orden kunnen de vraag weigeren, in functie van hun personeelsbestand en beschikbaarheid.

4.5 De Vidame is tevens een soort rechter in zijn Provincie. Hij heeft eveneens de taak om de uitvoering van de uitgesproken straffen te controleren.

4.6 De Vidame heeft geen enkel prerogatief op de Militaire en Religieuze Orden. Hij kan echter een hulp vragen in geval van noodzaak, zij vrij zullen zijn die te aanvaarden of niet. Evenwel worden goede verslagen van overeenstemming en medewerkingen sterk aanbevolen.

4.7 In geval van mobilisatie die in zijn provincie door de congregatie van de Heilige Legers wordt bevolen, zal de Vidame zijn bovengenoemde Congregatie de Bisschoppelijke Garde van zijn Provincie ter beschikking moeten stellen.

4.8 Als de Aristotelische Curie aan trouwe Aristotelaren vraagt om op kruistocht te gaan, zal de Vidame op het Gekroonde verzoek van het College moeten antwoorden door aan de Kruistocht het geheel van zijn menselijke en materiële hulpbronnen ter beschikking te stellen en die volgens een eventuele overeenkomst Heilige Legers zal kunnen leiden.
Op dezelfde wijze, zal de Vidame al het mogelijke moeten doen de trouw van zijn provincie in acht te nemen en deze aan te sporen zelf ook op kruistocht te gaan.

4.9 De Vidame zal niet tussenkomen in de bevelen van Graven of Hertogen. Op dezelfde manier zijn de posten binnen de raad hem verboden, behalve die van woordvoerder.
Op gemeenschappelijk verzoek van de Hertog/Graaf en Vidame, zal de Hoge Raad van de Heilige Legers of Kapitein van Rome de voornoemde Vidame een derogatie kunnen toekennen opdat hij de opdracht van Kapitein in zijn provincie kan uitoefenen.

4.10 De Vidame als militaire gouverneur moet zijn hiërarchische keten gehoorzamen.

Kenmerken binnen hérauderie:

5.1 De Vidame neemt de titel van „Vidame van…“ Als hij de religieuze provincie verlaat, verliest hij zijn titel van Vidame, behalve bij een kruistocht.

5.2 Het attribuut van Vidame is de volgende kroon:

5.3 De Vidame wordt niet als clerus, maar als een militair van de Kerk beschouwd. Dit wordt als een primaire last beschouwd en gebonden aan hetzelfde verbod van cumulatie.
Hij kan de titel met zijn lekentitels samenvoegen (: de graaf, de hertog…).

5.4 Over Blazoenen:

5.4.1 Het blazoen en de kroon van Vidame staan boven de andere titels van zijn houder.
5.4.2 De Vidame zal slechts de kroon van Vidame mogen dragen.
5.4.3 De adellijke Vidame zal zijn persoonlijke wapens gebruiken
5.4.4 De Vidame zonder schild zal een schild laten maken.
5.4.5 Het blazoen van de religieuze provincie zal verplicht in zijn wapenschild moeten staan.
5.4.6 Deze wapens zullen niet door de Aspirant-Vidames gedragen worden.
5.4.7 De kroon zal niet door de Aspirant-Vidames gedragen worden.

5.5 De post van Vidame heeft geen enkele hiërarchische rol op de rest van de adel.

5.6 De titel is noch erfelijk, noch overdraagbaar en verliest zich onmiddellijk na het intrekken van de post en functie.

Over de Vidame lid van Militair-Religieuze Orde:

6.1 Het lidmaatschap bij een Militair-Religieuze Orde is onverschillig tijdens zijn dienst bij de Bisschoppelijke Garde.

6.2 Tijdens zijn aanwezigheid, dient Vidame in de eerste plaats de Bisschoppelijke Garde.

6.3 In geval van dringende noodzaak, kan de Orde de terugkeer van zijn gedetacheerde leden eisen aan de Bisschoppelijke Garde. Zijn onverschilligheid moet echter niet verhinderen om aan het interne leven van zijn Orde deel te nemen.

6.4 Als lid van een Militair-Religieuse Orde, kan de eed van de Vidames tegenstrijdig zijn met de eden die hij gedaan heeft in die Orde. De Vidame kan en moet echter kleuren en lidmaatschap van zijn Orde behouden.

6.5 In geval van een Kruistocht, zal de Vidame als lid van een Orde ten dienste van de Bisschoppelijke Garde zijn, om zijn taken te volbrengen.