Kerkelijke Provincie Keulen
Wilt u reageren op dit bericht? Maak met een paar klikken een account aan of log in om door te gaan.

Kerkelijke Provincie Keulen

De Kerkelijke Provincie Utrecht
 
IndexPortaleZoekenLaatste afbeeldingenRegistrerenInloggen

 

 De belegering van Aornos - Hoofdstuk VI

Ga naar beneden 
AuteurBericht
Nikolaj Rostov
Overleden
Nikolaj Rostov


Aantal berichten : 1123
Registration date : 04-07-08

De belegering van Aornos - Hoofdstuk VI Empty
BerichtOnderwerp: De belegering van Aornos - Hoofdstuk VI   De belegering van Aornos - Hoofdstuk VI Icon_minitimewo apr 06, 2011 12:37 pm

[quote]
Citaat :
De belegering van Aornos – Hoofdstuk VI

Op de avond van de overwinning gingen wij, Alexander, begeleidt door Aristoteles, en ikzelf de stad binnen om zelf de opwinding te aanschouwen die er heerste in Aornos. De woorden van de profeet waren zo sterk gebleken dat alle mensen naar deze man kwamen om hun nieuwe gids te aanschouwen. Achteraf, ik herinner het me nog goed, was het gevoel van vrijheid en vreugde dat er in Aornos heerste zo overweldigend en zo groots omdat alle burgers hadden geleden onder een corrupte aanwezigheid die hen altijd had achtervolgt als ware het een maffia. Alle burgers hadden zich verzameld aan de voet van de tempel, waar Aristoteles en Alexander en zijn generaals een hoofdkwartier hadden opgezet. Een vertegenwoordiger werd naar hen gezonden om te onderhandelen over het lot van de stad.

De man die naar ons werd gestuurd heette Jeremiah. De man was gekleed in eenvoudige kleren, maar was gekozen omdat hij altijd al had begrepen dat Aornos in onbruik was geraakt. Jeremiah was een filosoof en ademde deugd. Hij naderde nederig en eerbiedig en groette Aristoteles met de volgende woorden: “Aristoteles, uw overwinning heeft onze ogen geopend. De stad is nu gezuiverd van de besmettingen die de grote Manitou over onze stad had uitgezaaid. Wij vertrouwen op uw wijsheid om ons naar de toekomst te leiden.”
Aristoteles bleef voor een lange tijd zwijgen en Alexander liet hem begaan. Het was duidelijk dat de filosoof het belang zag van zijn overwinning. Toen hij dan ook begon te spreken was het met alle pracht die hij altijd al had bezat: “Aornos was de zetel van alle ondeugden en zonden. De stad werd geregeerd door corruptie en luiheid. Deze zijn nu verdreven. Voorheen had ik een droom van een ideale stad, waarvan ik dacht dat ik hem had gevonden bij aankomst in Aornos. U kunt daarom ook mijn angst begrijpen toen ik hier rondliep en zag wat er van deze stad geworden was. Samen moeten wij nu een nieuw leven beginnen en een nieuwe stad opbouwen. Hiervoor zal ik de leefregels schrijven die ervoor zorgen dat Aornos de stad wordt uit mijn dromen.”

In de daarop volgende dagen sloot Aristoteles zich op in een kamer met enkel wat eten en water en wenste niet gestoord te worden. Ik maakte hier in de tussentijd gebruik van om door de smalle straatjes van Aornos te wandelen en te luisteren wat er gezegd werd. De mensen hadden elkaar opnieuw gevonden in de vriendschap. De klassen waren afgeschaft en allen hadden een gemeenschappelijk doel: Samen leven in perfecte harmonie. Ik hoopte, ook gezien de recente gebeurtenissen, dat alles zo zou kunnen blijven. Jeremiah had immers aan de mensen vertelt wat Aristoteles tegen hem had vertelt en had hen gezegd dat zij moesten wachten op de voorschriften die de profeet had beloofd. Alexander, genietend van de onverwachtse overwinning en de rust die dit met zich meebracht, had ondertussen toegezegd zijn troepen te zullen inzetten om de orde in de stad te handhaven. In deze paar woorden kan ik u vandaag vertellen hoe deze momenten een keerpunt bleken in de geschiedenis van Aornos.

Precies zeven dagen na de overwinning van Aristoteles werd door Alexander aan Jeremiah gevraagd om naar Aristoteles te gaan om aldaar de vruchten van de arbeid te aanschouwen. Met een rustige stem en zekerheid in zijn ogen sprak Aristoteles: “Aornos zal weer perfect zijn en een ideale stad vormen waar allen zullen leven in harmonie. Deze harmonie zal zo sterk zijn dat niemand haar kan breken en ieder zal worden toegejuicht als een broeder. De stad zal worden georganiseerd op het beginsel van de drie concentrische cirkels, of drie klassen van burgers.” Vervolgens legde Aristoteles elke stap van het organiseren uit en legde hij uit hoe het nieuwe Aornos zou herrijzen. Hij legde uit dat de stad dezelfde naam moest behouden om aldus te bewijzen dat het hart van de mens kan veranderen en uit de schaduw kan stappen en weer in het licht kan lopen. Wij dronken de woorden vol wijsheid en we realiseerden ons dat dit alternatief voor Aornos kon werken, maar enkel wanneer de voorschriften zouden gaan gelden.

We verbleven zes maanden in Aornos om Jeremiah te helpen met het uitvoeren van wat Aristoteles geschreven had. We zetten ons onvermoeibaar in om van deze stad de stad te maken waar de profeet van had gedroomd. Nu, terwijl ik mijn gedachten aan dit papier toevertrouw, begrijp ik des te meer dat dit werk zo immens was, want naarmate Aornos vlam steeds sterker ging branden, zo leek ook de vlam in Aristoteles sterker te worden. Alexander had zijn goedkeuring gegeven aan alles en had elk punt van Aristoteles aanvaard. Dit leek hem een dankbetuiging aan zijn waarde vriend, omdat deze het als zijn roeping zag het defect van deze stad te herstellen en vastbesloten was de stad weer te laten terugkeren naar een stad vol deugden.

Tijdens de daaropvolgende zes maanden heeft Aristoteles, Jeremiah en andere inwoners van de stad de fijne kneepjes van het geloof onderwezen en gaf hij ze een glimp van de schoonheid van de liefde van Jah, dat stevig verankerd was in hun hart door middel van enthousiasme en vriendschap. Deze mensen vormden de klasse van goud, de filosofen koningen, en allen beoefenden hun taak met grote nederigheid. Elk van hen werd priester en samen leidden zij Aornos naar het licht.

De anderen, met de hulp van Aristoteles, vormde de andere twee cirkels: die van het zilver, bestaande uit de burgersoldaten; en die van het brons, die van de producenten. Zo kon Aornos eindelijk een tijdperk van pracht en praal ervaren, vermengd met het geloof en de vriendschap, zodat allen hun natuurlijke plaats vonden. Nadat dit grote werk eindelijk was voltooid aanschouwden wij het onthutsende en schitterende werk en besloten wij onze lange reis te hervatten. Aristoteles, die had gedroomd over deze grote stad, legde uit dat de inwoners in de toekomst met de stad moesten omgaan zoals Alexander met zijn legers omging. Met respect en eerbied. Na deze woorden lieten wij Aornos achter in de handen van Jeremiah en de filosofen koningen. Nooit zijn wij meer teruggekeerd. Ons pad leidde ons terug naar de poorten van Athene waar we zo lang geleden van waren vertrokken. Bij terugkomst waren onze zielen waren vol met rijke en blijvende herinneringen.
Terug naar boven Ga naar beneden
 
De belegering van Aornos - Hoofdstuk VI
Terug naar boven 
Pagina 1 van 1
 Soortgelijke onderwerpen
-
» De belegering van Aornos - Hoofdstuk I
» De belegering van Aornos - Hoofdstuk II
» De belegering van Aornos - Hoofdstuk III
» De belegering van Aornos - Hoofdstuk IV
» De belegering van Aornos - Hoofdstuk V

Permissies van dit forum:Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
Kerkelijke Provincie Keulen :: De Bibliotheek :: Scriptorium-
Ga naar: