Kerkelijke Provincie Keulen
Wilt u reageren op dit bericht? Maak met een paar klikken een account aan of log in om door te gaan.

Kerkelijke Provincie Keulen

De Kerkelijke Provincie Utrecht
 
IndexPortaleZoekenLaatste afbeeldingenRegistrerenInloggen

 

 [Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk XV

Ga naar beneden 
AuteurBericht
Nikolaj Rostov
Overleden
Nikolaj Rostov


Aantal berichten : 1123
Registration date : 04-07-08

[Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk XV Empty
BerichtOnderwerp: [Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk XV   [Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk XV Icon_minitimema aug 25, 2008 11:50 am

Hoofdstuk 15

Nu snapt u, mijn beste kinderen, waarom ik u allemaal vertel wat er gebeurd is. Ik er immers bij, op de eerste plaatsen, achter Christos, en mijn ogen, mijn oren, al mijn zintuigen waren ontwaakt, zoals in moment van grote wanhoop.

Aangekomen in het kantoor van de procurateur, keek deze ons aan en vroeg ons: “Wie van u twee is hij die zich Christos laat noemen?”
Wij antwoordden beiden, als één stem:
“Dat ben ik, Romein!”

Jawel, mijn kinderen, ik hield zo van Christos dat ik zijn kastijding in zijn plaats wilde overnemen. Daarom heb ik geprobeerd de verdenkingen naar mij toe te trekken… Maar mijn onschuld was te groot: Pierre Ponce was niet bedrogen, tegenover hem stond een grote, jonge opstandeling, en hij was niet van plan deze zomaar te laten ontsnappen. Hij richte zich daarom tot Christos.

“Jij bent dus degene die zich de Messias laat noemen, de gids, de spiegel van de godheid? En jij zaait onrust in deze stad?”
“Jij zegt het!” antwoordde Christos.
Pierre Ponce hervatte zijn aantijgingen:
“Sinds jij in Jerusalem bent luister de stad steeds slechter. Het brood wordt oudbakken, de groenten, het vlees en de vis gaan stinken. Dat alles, omdat de mensen niet meer naar ons, maar enkel nog naar jouw luisteren. Bovendien maak jij de macht van Rome en de heidense vereringen breekbaar door over stommiteiten te debateren, zoals liefde en andere zaken waarin jij, nog iemand anders in geloof!
Zojuist heb ik een klacht ontvangen van het grote hoofd der heidense priesters. Het schijnt jij zijn offerade hebt onderbroken!

Op het gelaat van Christos verscheen een grote glimlach, voordat deze antwoordde:
“Ja, ik weet het. Uw imperium leeft als een wiel dat iedere dag moet draaien. Elk tandwiel, elk mechanisme blijft op de plaats waar het met zijn geboorte is geplaatst, en vervult dagelijks de taak waarvoor het in zijn leven is gecreëerd. En u profiteert hiervan door volkeren te onderwerpen en ze voor zeer lage lonen te laten werken. Maar ik, die de waarheid breng, ik hinder. Ik hinder het klassieke. Ik ken een jongen die van anderen zegt: De eerste die de waarheid spreekt, zal worden vermoord!

Pierre Ponce reageerde hierop: “Keur jij niet de slavernij goed? Wanneer jij je wil oplegt aan andere volksstammen?

“Nee” verzekerde Christos hem. “De solidariteit moet nu het eenvoudige karakter van de stad overschrijden! Wij zijn allen mensen en wij zijn allen Schepselen van God. Het is omwille van deze reden dat een zwerver, welke in de mijnen werkt voor minder dan 17 fl. en in een andere stad voor minder dan 18 fl., een grof schandaal kan worden genoemd!

Pierre Ponce, welke getart was door deze woorden verklaarde: “Christos, jij zult verbannen worden uit deze stad. Maak hem nu los.” Beval hij zijn wachten. “En laat de volgende zaak voorgebracht worden. Kramer tegenover Kramer. Ah, en vergeet niet Bar-Tabac te bevrijden. Het is vandaag de dag van de amnestie.”

Christos, verwonderd door het vonnis dat zojuist was uitgesproken sprak tot Pierre Ponce. “Procurateur! Jij kan me verbannen, maar in elke stad waar ik kom, elk dorp en elk gehucht zal ik hetzelfde handelen als dat ik hier gedaan heb. Ik zal altijd hetzelfde gevaar blijven voor uw imperium en uw rijk.”

Ponce antwoordde hierop: “Aangezien jij zo wijs probeert te zijn, en je hier mijn eetlust staat te bederven met je verachtelijke woorden, veroordeel ik je tot het kruis. Je zult gekruisigd worden, zoals de roeispanen in een bood!”

Pas toen merkte Ponce mijn aanwezigheid op, en hij had medelijden met mij, vanwege mijn jonge leeftijd en de tranen in mijn ogen. Hij richtte zijn blik tot één een van de wachten en zei:
“Wat hem betreft, werk hem buiten!”

Maar Christos had, voordat we werden gescheidden, de kans om mijn arm beet te pakken en in mijn oor te fluisteren:
“Mijn lichaam zal duizenden martelingen ondergaan, maar het is slechts zodat uw ziel dat niet hoeft te ondergaan. Wijdt het brood en de wijn, symbolen van mijn vlees en mijn bloed, aan allen die de ware weg willen volgen, opdat mijn offer nooit vergeten zal worden. Breng ook een eerbetoon aan hen, die door het volgen van de deugd om het leven komen, opdat de liefde die zij voor God toonden nooit verloren zal gaan. Want er is niets mooiers, geen betere hulde aan God, dan een daad van liefde waartegenover niets hoeft te worden terug gegeven.”

Deze laatste woorden werden naar mij geschreeuwd, terwijl wij werden gescheidden door wachters. Ik naar buiten, terwijl Christos verder naar binnen werd gedragen.
Terug naar boven Ga naar beneden
 
[Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk XV
Terug naar boven 
Pagina 1 van 1
 Soortgelijke onderwerpen
-
» [Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk IX
» [Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk X
» [Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk XI
» [Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk XII
» [Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk XIV

Permissies van dit forum:Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
Kerkelijke Provincie Keulen :: De Bibliotheek :: Scriptorium-
Ga naar: