Kerkelijke Provincie Keulen
Wilt u reageren op dit bericht? Maak met een paar klikken een account aan of log in om door te gaan.

Kerkelijke Provincie Keulen

De Kerkelijke Provincie Utrecht
 
IndexPortaleZoekenLaatste afbeeldingenRegistrerenInloggen

 

 [Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk II

Ga naar beneden 
AuteurBericht
Nikolaj Rostov
Overleden
Nikolaj Rostov


Aantal berichten : 1123
Registration date : 04-07-08

[Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk II Empty
BerichtOnderwerp: [Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk II   [Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk II Icon_minitimema aug 25, 2008 11:35 am

Hoofdstuk II

Maar Maria was zo gelukkig met haar kind dat eens de Messias zou worden, dat ze het niet voor zich kon houden. Op een dag, terwijl zij water ging halen bij een bron kruiste haar pad dat van een courtisane van de koning van Judée, welke men Elitobias noemde.

Elitobias, die getrouw en ijverig de staat diende, leefde in een luxe vol met vlees, vis, melk en noem het maar op… Zij had de gewoonte om te spotten met de armoede van Maria.
“Ik” zei zij,
“dien de grote koning van deze streek, onze geliefde Mistral de IV”

Toen begin Maria een fout, welke Elitobias niet kon verdragen, zij antwoordde hem:

“En ik, ik ben de moeder van de Messias, van Jeshua die het bericht van Aristoteles met zich mee zal dragen en die uw valse koningen zal onttronen, uw valse profeten zal doen ontmaskeren. Uw koning, Mistral de IV, is slechts een tijdelijke koning. Mijn zoon zal hem met al zijn charisma overtreffen en zijn naam zal langer in de geheugens van de mensen gegrift staan dan de naam van uw koning.”

Door deze woorden werd Elitobias, die in de tekenen van het lot geloofde, angstig. Zij ging haastig naar het paleis van haar geliefde Mistral de IV waar zij hem waarschuwde van haar ontmoeting.

Mistral de IV was een man van marmer, een beleefd standbeeld van zijn tijd. Hij was een eenling, in wiens blik men slechts droefheid en afstandelijkheid vond. Hij was een prins welke door een handig systeem van katrollen en touwtjes aan de macht was gekomen.
Maar zijn roem was aan het afnemen, hij was een stille koning aan het worden die veraf stond van zijn volk. Hij beweerde zijn heerschappij te laten leidden door jaloezie, maar eigenlijk liet hij alles aan zijn vrouw over om het land te regeren. Hij ging nooit ver van zijn paleis en zijn goud, slechts om een complot te voorkomen of een opstand de kop in te drukken.

Toen hij Elitobias, voor wie hij een zwak had, hoorde vertellen over wat zij gehoord had, was hij verrast. Hij vroeg haar: “Wie is deze boer die zich Jeshua laat noemen en die zijn volk zal redden? Waar zou ik hem kunnen vinden? In welke hal? In welke herberg?

Elitobias zette dan haar redevoering als informante voort, om deze koning, wiens bevroren schoonheid op haar neerkeek, te tonen dat zij zijn gunsten waardig was.

“Van wat Maria mij vertelt heeft zal deze Jeshua de Messias zijn, de gids, de spiegel van de goddelijkheid. Hij wordt door Aristoteles aangekondigd en, volgens de profetie, zal hij aan de mannen het Ware Woord verkondigen en zal hij de Aristotelische Geschriften verspreiden. Zijn invloed zal groot zijn en zijn talrijke discipelen zullen hem, en Aristoteles de komende eeuwen vereren. U zult hem kunnen vinden in Bethléem.

Door deze woorden voelde Mistral een oud bijgeloof in hem terugkomen, evenals een diep gewortelde angst die zijn hart deed verdrinken. Hij vreesde zijn troon te verliezen en nam deze dreiging zeer serieus. Hij liet zijn wachters bij zich roepen en zeidde tot hem:

“Wachters, zojuist is er een kind geboren welke zich tegen mij zal keren. Verhinderd hem. Hij bevindt zich in Bethléem. Maak gebruik van mijn spionnen en mijn invloed. Vindt hem, en dood hem!

De wachters vertrokken hierna richting Bethléem.

Maar dezelfde nacht, daar in Bethléem, kreeg Maria wederom een droom. Wederom verscheen dezelfde ruiter die de geboorte van Jeshua aan haar had verkondigd. Hij zeidde tot haar:

“Heft u op! Neem Jeshua met u mee, en gaat op de wegen. Ga naar het noorden, naar het eiland Cyprus, en blijf er totdat het er veilig is want Mistral wil het kleine kind laten vermoorden.”

Toen stonden Maria en Giosep op, namen brood en maïskolven mee uit de herberg, en vertrokken. Naar het Noorden, via Tarotshé, trokken zij de grenzen van het land over om aan te komen in Cyprus, om daar te blijven zolang de dreiging gromde.

Mistral de IV hoorde van de wachters dat de ouders het land waren ontvlucht. Hij richtte zich op en sprak me een woedende stem:
“Wachters, Giosep en Maria zijn uitdagers! Zij zijn schuldig aan verraad en hebben mij bedrogen! Roei ze onmiddellijk uit! Wat deze zoon van... van... betreft, hij mag niet volwassen worden. Ga daarom terug naar Bethléem en vindt alle kinderen onder de twee jaar. Dood hen!”

Toen kwamen de beruchte, grote, legers van Mistral welke het hele land doorgingen om in iedere hal en in iedere herberg berichten te verspreidden dat elk kind onder de twee jaar bij hen moest worden gebracht om zogenaamd geteld te worden.

En het volk, onschuldig en onwetend, presenteerden hun kinderen en hun petekinderen aan de autoriteiten zonder het drama te beseffen dat er zich ging afspelen.
Men begreep het pas toen men de schreeuwen hoorde, men het bloed zag en het zweet en de tranen zag vloeien. De wachters, afschuwelijk, gemeen en vuil, ontnamen de jonge onschuldige zielen voor de ogen van hun ouders.

En een duistere macht, hoog op zijn troon, keek stilletjes, weemoedig en koud naar de moordpartij. Na deze crisis trok de koning zich in de stilte terug. Jaren achtereen vergat hij, door de stilte, dat hij zich moest voeden en verloor hij zijn krachten. Hij werd mager, vervolgens skeletachtig en tenslotte stierf hij.

Op Cyprus hoorden de ouders van Jeshua dat Mistral was gestorven, en zij geloofden dat het leven van Jeshua niet meer bedreigd werd. Zij besloten terug te keren naar Judée, echter, zij verkozen ervoor om hun zoon niet langer Jeshua maar Christos te noemen, om niet de aandacht op henzelf te vestigen. Zij namen in de herbergen brood en maïskolven mee, en vertrokken via de wegen richting het Zuiden. Via Tarotshé kwamen zijn tenslotte aan in een plaats genaamd Nazareth, daarmee de profetie van Aristoteles was vervullend.
Terug naar boven Ga naar beneden
 
[Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk II
Terug naar boven 
Pagina 1 van 1
 Soortgelijke onderwerpen
-
» [Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk XIV
» [Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk XV
» [Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk XVI
» [Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk I
» [Vertaald]Leven van Christos: Hoofdstuk III

Permissies van dit forum:Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
Kerkelijke Provincie Keulen :: De Bibliotheek :: Scriptorium-
Ga naar: